Alle opgeslagen en verzonden gegevens worden beschermd door een blokversleuteling met een dynamische sleutel.
Aansluiting van bekabelde apparaten
Ondersteunde configuraties
rolluik
sabotagebeveiliging
bekabeld apparaat met 15 soorten gebeurtenissen
Connector-pennen
12V — voedingsuitgang voor een bekabelde detector
GND — aarde
Z1–Z2 — ingangen voor het aansluiten van een bekabelde detector
COM — ingang voor het aansluiten de signaalcontacten van een bekabelde detector
Superior Transmitter Fibra heeft 2 ingangen (Z1 en Z2) om de bekabelde detector aan te sluiten met behulp van het AATT-schema (d.w.z. Alarm Alarm Tamper Tamper).
Type verbinding
NO, NC, EOL, 2EOL, 3EOL
Met EOL totale weerstand van 1 kΩ tot 40 kΩ in stappen van 100 Ω.
Kabellengte
tot maximaal 3 m
Bij het gebruik van een alarmkabel met een kopergeleider van 0,22 mm².
Bedieningsmodus
puls, bistabiel
Gebeurtenistypes
15 soorten gebeurtenissen voor bekabelde apparaten
Sabotagealarm
Inbraak
Brand
Extra alarm
Paniekknop
Gasalarm
Storing
Lekkage
Glasbreuk
Hoge temperatuur
Lage temperatuur
Maskering
Dwangcode (opening)
Trilling (seismische sensor)
Aangepast
Kan door een PRO of een gebruiker met beheerdersrechten in de Ajax-app worden aangepast.
Aanbevelingen
De Superior Transmitter Fibra moet in de behuizing van de bekabelde detector geplaatst worden. De module heeft een ruimte nodig met de volgende minimale afmetingen: 40 × 15 × 12.2 mm
Beveiliging tegen sabotage
Bescherming tegen spoofen
apparaatverificatie
Directe detectie van beschadiging van de kabel
Geldig voor EOL, 2EOL, of 3EOL.
Detectie van communicatieverlies
na 36 s
Tussen de hub en Superior Transmitter Fibra. Dit kan worden gewijzigd in de hub-instellingen.